In 2017 heeft de politie 93 verdachten dankzij gezichtsherkenning gekoppeld aan een persoon in de database. Dat meldt NRC. In totaal werden er bijna duizend foto’s verwerkt, en in 900 gevallen kon iemand niet geïdentificeerd worden. In die gevallen stond de persoon niet in de database, of was de kwaliteit van de foto niet goed genoeg om met zekerheid een overeenkomst te bereiken.
Het softwaresysteem dat gebruikt wordt heet CATCH. Deze software haalt een afbeelding van een verdachte door een database. Die database bestaat uit ruim een miljoen beelden van veroordeelden en arrestanten. De software is sinds 2016 in gebruik.
Mocht je nu CSI- of NCIS-achtige beelden voor je zien, dan moeten we je teleurstellen. Je krijgt namelijk niet met een druk op de knop automatisch de identiteit van de misdadiger te zien. Iedere foto wordt eerst beoordeeld op kwaliteit. Nadat het beeld door de database is gehaald, wordt de conclusie van de computer door twee experts onafhankelijk van elkaar beoordeeld.
Als er een match is, dan geldt de conclusie als indicatie voor iemands identiteit. Hard bewijs is het niet, omdat de software alleen laat zien dat er veel overeenkomsten zijn.
App
In 2017 werd er ook een app voor smartphones uitgebracht, waarmee een kleine groep agenten foto’s naar CATCH kunnen sturen. Daar is Hans de Zwart, directeur van Bits of Freedom kritisch over. “Je ziet vaak dat de inzet van technologie beperkt begint, maar langzaam maar zeker breder wordt ingezet omdat het ‘handig’ is. Straks gaat de politie misschien wel op allerlei locaties gezichten scannen, bij demonstraties bijvoorbeeld. Dan krijg je de situatie dat mensen die ooit zijn gearresteerd de rest van hun leven worden gecontroleerd”, aldus De Zwart tegenover NRC.
De politie stelt echter dat er een specifieke aanleiding moet zijn om een foto te maken. Ook wordt er maar een gezicht tegelijkertijd geanalyseerd. De gezichtsherkenning werkt verder nog niet in real-time.