‘Uber is een transportbedrijf’, en geen digitale tussenpersoon. Dat zegt de advocaat-generaal van het Europees Hof. Het bedrijf kan daarom verplicht worden om taxivergunningen en licenties af te nemen.
De advocaat-generaal deed de uitspraak bij een rechtszaak die een Spaanse taxivereniging tegen Uber aangespannen heeft. Zo’n advies van de advocaat-generaal wordt over het algemeen door de rechters van het Europees Hof overgenomen en voorspelt voor Uber dus niet veel goeds.
Tot nu kon Uber zich namelijk nog voordoen als ‘digitaal tussenpersoon’, wat betekent dat het bedrijf zich niet aan de regels voor taxibedrijven hoeft te houden. De app heeft hierdoor een tijd lang flink voordeel gehad op taxidiensten. Digitale diensten aanbieden is namelijk een vrije activiteit, terwijl transportbedrijven zich aan regels van individuele lidstaten binnen Europa moeten houden.
Uberpop
De zaak in Spanje werd aangespannen tegen Uberpop, de taxidienst binnen de app waarbij iedereen in zijn eigen auto tegen betaling voor taxichauffeur kan spelen. Na veel protest rond de invoering van die dienst werd Uberpop al verboden in Frankrijk, Italië en Nederland.
Door het advies van de advocaat-generaal lijkt een terugkeer van die dienst in deze Europese landen onwaarschijnlijk, omdat de meeste chauffeurs binnen die dienst niet aan de standaardeisen, zoals een vergunning, voor taxichauffeurs voldoen.
Online dienst
Volgens RTLZ telt Uber in een schriftelijke reactie dat het zichzelf ziet als een online dienst en niet als een taxibedrijf, en dat het bedrijf wacht op de definitieve uitspraak van het Europees Hof. Die volgt over enkele maanden.