Het is niet de vraag of er een grote cyberaanval gericht op Groot-Brittannië komt, maar wanneer. Dat stelt Ciaran Martin, directeur van het Britse National Cyber Security Centre, meldt The Guardian. Als gevolg daarvan zouden de Britse verkiezingen en belangrijke infrastructuur flink verstoord kunnen worden.
Volgens Martin heeft Groot-Brittannië in de afgelopen 15 maanden zelfs an het geluk gehad dat ze een zogenaamde C1-aanval konden afslaan. Een aanval met deze categorie is in staat om de belangrijke infrastructuur te verstoren. Daardoor zouden energiebedrijven en de financiële dienstverlening plat komen te liggen. Met andere woorden: je hebt geen stroom meer en geld pinnen gaat ook niet lukken.
Martin zegt echter dat hij een dergelijke aanval in de komende twee jaar wel verwacht. “We hebben geluk als we het einde van het decennium halen zonder een C1-aanval mee te maken.” Natuurlijk kun je veel doen om je te beschermen, maar bescherming tegen alles is onmogelijk. “Sommige aanvallen komen er doorheen.”
Vooralsnog is de meest serieuze cyberaanval op Groot-Brittannië de aanval met ransomware WannaCry in mei geweest. Daarbij werden ziekenhuizen ontregeld, waardoor de zorg veelal plat kwam te liggen. Dat was echter een C2-aanval, omdat er geen gevaar voor het leven was.
Verkiezingen
In totaal zijn er 34 C2-aanvallen geweest, waarbij WannaCry de meeste impact had. Ook waren er 762 C3-aanvallen, die nog wat minder serieus waren. Het National Cyber Security Centre bereidt zich echter wel voor op een grote aanval, bijvoorbeeld tijdens de verkiezingen. Het centrum geeft dan ook adviezen aan belangrijke overheidsinstanties en bedrijven over kwetsbaarheden, en potentiële hackers worden gevolgd.
Vooralsnog zijn er echter geen succesvolle pogingen geweest om het Britse democratische proces te verstoren, stelt Martin. In Amerika gebeurde dit wel, onder meer via sociale media.