Wetenschappers van de Queen Mary University of London (QMUL) hebben onderzocht (pdf) hoe de infrastructuur van Netflix in elkaar zit. De wetenschappers konden de structuur die Netflix gebruikt voor het versturen van dataverkeer in kaart brengen door verzoeken om video’s te bekijken met behulp van een browserextentie te lokaliseren. De gegevens werden verzameld in april en mei van dit jaar.
Uit de gegevens blijkt dat er een groot verschil is tussen de aanpak die Netflix in Noord-Amerika en Europa hanteert. In Europa zijn de servers van Netflix verdeeld over slechts enkele landen, waaronder relatief veel in Nederland. In Europa maakt Netflix relatief erg veel gebruik van het ecosysteem van internetknooppunten (IXPs). Volgens Steve Uhlig, die toezicht hield op het onderzoek, wordt dat systeem nog steeds erg ondergewaardeerd, maar blijkt uit het onderzoek hoe belangrijk de knooppunten zijn voor het snel versturen van data.
Na het Verenigd Koninkrijk staat Nederland bovenaan de lijst van van landen waar Netflix gebruik maakt van dit soort knooppunten. Dat komt onder andere omdat Nederland in Europa relatief vroeg gebruik kon maken van de videodienst. Netflix kwam Europa in 2012 binnen via het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Daarna volgden Scandinavische landen (eind 2012) en Nederland (2013). Daarnaast wordt Nederland ook als poort naar de rest van Europa gezien, ook op het gebied van dataverkeer. Het McKinsey Global Institute berekende in maart dat Nederland wereldwijd de koploper is als het gaat om de in- en uitstroom van dataverkeer.
Volgens de onderzoekers geeft het onderzoek veel inzichten in de werking van het internet vandaag de dag. De verschillende aanpak bij de uitrol komt door regionale verschillen in hoe en door wie internetdiensten worden aangeboden. Daardoor wordt Netflix volgens de onderzoekers gedwongen om zijn strategie aan te passen. Het bedrijf heeft er natuurlijk baat bij als films en series zo soepel mogelijk bij de klant terechtkomen.
