General Motors (GM) monitorde eind 2017 drie maanden lang de luistergewoontes van 90.000 bestuurders in Los Angeles en Chicago. Met de data hoopte het gerichte advertenties te kunnen leveren, meldt The Verge. Vooralsnog gaat het nog om een ’theoretisch concept’.
GM verzamelde details als welk radiostation je selecteert, hoe hard het volume staat en je postcode. Aan de hand van het ingebouwde WiFi-signaal werden deze gegevens naar de servers van de fabrikant verstuurd. De bedoeling was om te bepalen wat de relatie is tussen waar je naar luistert en wat je koopt. De data moest vervolgens verkocht worden aan adverteerders en radiostations.
Volgens GM zelf gaat het nog om een “theoretisch concept” en is de data nog niet verkocht. Maar volgens woordvoerder James Cain kan data van verbonden voertuigen wel helpen bij het ontwikkelen van een accuratere manier om te meten hoeveel mensen naar een radiostation luisteren. En dat kan interessant zijn voor de radio-industrie, die steeds kleiner wordt.
“Ons proof of concept heeft de interesse van de adverteerders- en radio-gemeenschappen gewekt. Maar we hebben nu geen nieuwe projecten om aan te kondigen”, aldus Cain.
Gerichte reclames
Voor radiostations kan dit een uitkomst zijn. Op dit moment hoor je reclames op de radio, die gekozen zijn op basis van een systeem dat bepaald wat de doelgroep is van een specifiek kanaal. Maar volgens experts is dat systeem vaak inaccuraat en kunnen er veel fouten voorkomen. Door die fouten kan een omroep meer voor advertenties vragen dan een ander, zelfs als het een slechter of kleiner publiek heeft.
De data zoals die van GM kan er in de toekomst echter voor zorgen dat advertenties veel gerichter zijn en gebaseerd zijn op specifieke gewoontes van de gebruiker, net zoals die op sociale media. Daarmee is echter ook duidelijk geworden dat onze auto’s steeds meer naar ons luisteren: ze kunnen onze telefoontjes volgen en berichten en spraakopdrachten opslaan.
Volgens onderzoeksbedrijf McKinsey creëren verbonden auto’s dagelijks 600 GB. Dat is vergelijkbaar met 100 uur aan HD-video’s per uur. Zelfrijdende auto’s gaan naar verwachting nog 150 keer meer data produceren. En volgens McKinsey wordt die data in 2030 maar liefst 1,5 biljoen dollar waard.
Privacy
Logischerwijs komen hier allerlei privacy-vraagstukken bij kijken. GM stelt echter dat mensen die de verbonden diensten gebruiken, eerst toestemming moeten geven door akkoord te gaan met de voorwaarden van de fabrikant.
Maar volgens John Simpson, directeur van een privacywaakhond, zijn die voorwaarden “waarschijnlijk erg vaak en niet erg duidelijk, waardoor mensen niet precies begrijpen wat er gebeurd en wat er over hen wordt verzameld”. “Het zou veel beter zijn als GM simpelweg auto’s zou blijven verkopen en hun voertuigen zouden verbeteren.”